Het college en gemeenteraad moeten het beroep, in de zaak MooiMekkerland, tegen de provincie intrekken!
Pro Krimpenerwaard roept het college en raad op om, in het belang van de volksgezondheid, het ingestelde beroep tegen het besluit van de provincie om 1784 illegale geiten niet te legaliseren per omgaande in te trekken. Het coronavirus moet voor het gemeentebestuur voldoende aanleiding zijn om hiertoe te besluiten.
Het college heeft met steun van de raad in september 2019 beroep ingesteld bij de rechtbank in Den Haag tegen de uitspraak van de provincie Zuid-Holland die niet meewerkt aan het legaliseren van 1784 illegale geiten en de daarbij behorende bebouwing van het bedrijf MooiMekkerland te Stolwijk.
De provincie heeft bij herhaling aangegeven dat de volksgezondheid boven het belang van een geitenbedrijf gaat. In diverse rapporten wordt onderbouwd aangegeven dat inwoners binnen een straal van 2 km rond een geitenhouderij een verhoogd risico op longontsteking lopen. Alleen is de exacte oorzaak daarvan niet bekend. Zolang dat niet bekend is, geeft de provincie geen toestemming voor uitbreiding van het aantal geiten. Het college denkt daar anders over en wil, zonder tegenargumenten, dat onderzoek niet afwachten. Daarop vooruitlopend moeten de illegale 1784 geiten worden gelegaliseerd evenals de bebouwing. De volksgezondheid van 2.000 inwoners is ondergeschikt aan dit illegaal opererend bedrijf.
Het gaat zelfs zover dat met gemeenschapsgeld beroep wordt ingesteld, waardoor de bedreiging voor de volksgezondheid niet wordt gestopt. Dat is wrang en een gemeentestuur onwaardig.
Onlangs heeft het college het advies van de bezwaarschriftencommissie om de aan MooiMekkerland opgelegde last onder dwangsom te innen naast zich neergelegd. Het college heeft namelijk al voor de vierde keer de termijn om de last onder dwangsom te betalen opgeschort. De bezwarencommissie vindt dat uitstel van handhaven er niet op gericht mag zijn om mogelijke legalisering af te wachten en dat de termijn ook niet zo vaak verschoven kan worden ‘dat het op gedogen gaat lijken’. Volgens de commissie heeft het bedrijf tijd genoeg gehad om het aantal geiten terug te brengen.
In het Algemeen Dagblad van 1 april 2020 staat een artikel over de voormalige huisarts Alfons Olde Loohuis uit Herpen/Brabant. Hij werd geconfronteerd met patiënten die op het eerste oog onverklaarbare klachten hadden. Koorts met koude rillingen, hoofdpijn, hoesten, spierpijn, enzovoort.
Het bleek Q-koorts te zijn, een virus dat van dier op mens wordt overgedragen. Belangrijkste bron van besmetting bleken geitenhouderijen. Het virus was niet van mens op mens overdraagbaar. Toch raakten in Nederland naar schatting enkele tienduizenden mensen besmet. Niet alle patiënten merkten dat. Een aantal wel. Er vielen officieel 95 doden, aangenomen wordt dat dat er in werkelijkheid veel meer waren. Nog steeds kampt een aantal mensen met een chronisch vermoeidheidssyndroom.
Het drama speelde zich grotendeels regionaal af, landelijk werd Q-koorts nooit een groot onderwerp. Dat is bij het coronavirus wel anders. Het is goed dat Nederland er serieus mee omgaat, vindt Olde Loohuis. ,,Het is niet zo dat er nooit is nagedacht over infectieziekten, dat we niet voorbereid waren, maar dit soort ziekten heeft nooit heel veel aandacht gehad. Het nieuwe coronavirus is nu heel hevig, en het gaat hopelijk voorbij. Maar in de toekomst zal het weer terugkomen. Niet in deze vorm, maar wel in een andere.”
Het heeft er alles mee te maken dat we in een ‘global village’ leven, zoals Olde Loohuis het uitdrukt. Iedereen is overal en heeft contact met iedereen. Dieren en mensen leven op sommige plekken door elkaar heen, zoals op de markt in Wuhan. Op andere plekken, Brabant bijvoorbeeld, staan er megastallen vol dieren in een gebied waar ook veel mensen wonen. ,,Virussen die van dier op mens overgaan, zoönosen, zullen dus blijven bestaan. Daar moeten we op voorbereid zijn.”
Ook nu, bij de corona-uitbraak, is het gebied Noord-Oost Brabant, waar veel vee is, weer de klos. Precies op de plekken waar tien jaar geleden de Q-koorts woekerde, vindt nu het coronavirus vaste grond. Relatief veel mensen raken besmet, veel mensen overlijden.
Ook Olde Loohuis ontkomt niet aan de vergelijking met toen, en dus ook niet aan de mogelijke link tussen de verspreiding van het virus en de omvang van de veestapel. Hij vindt het een moeilijk onderwerp, want het is heel moeilijk te bewijzen. ,,We zijn klein-China hier, ik roep het al jaren. Heel dichtbevolkt, en by far het meeste vee. We weten dat in gebieden met veel intensieve veehouderij relatief veel longontstekingen voorkomen. Maar hoe dat precies komt? Door bepaalde bacteriën, of omdat het immuunsysteem is aangetast? Door welke dieren precies? Daar moet echt onderzoek naar worden gedaan.”
Geef een reactie