Faunabescherming springt in de bres voor Zuid-Hollandse zwanen

De provincie Zuid-Holland komt haar eigen regels voor het verjagen van knobbelzwanen van graslanden niet na en controleert jagers en boeren helemaal niet. Dat zeiden de woordvoerders van natuurorganisatie Faunabescherming maandag bij de Raad van State. Faunabescherming hoopt dat de rechter een stokje steekt voor het provinciewijd afschieten van zwanen die ’vraatschade’ veroorzaken. Op 19 december 2016 vond de zitting plaats inzake het hoger beroep van de Faunabescherming tegen de zwanen-afschotontheffing van de provincie Zuid-Holland.  Provincieambtenaar Boris van de Water kon de vermeende schade door knobbelzwanen ter zitting niet onderbouwen. In 2012 t/m 2014 waren er slechts 3 gevallen v “belangrijke schade” van 250 euro door zwanen in de provincie ZH, in 2015 en 2016 waren er zelfs maar 2 gevallen. Uit de cijfers van het Faunafonds blijkt dus dat afgelopen jaren slechts incidenteel sprake was van “belangrijke schade” van 250 euro of meer en dat betrof ook nog eens grote percelen grasland, waardoor de schade per hectare verwaarloosbaar klein was. Zowel de provincie als de Faunabeheereenheid ZH moesten – na vertoning het filmpje van Saskia van Rooy – ter zitting schoorvoetend erkennen dat het verjagen van zwanen prima met preventieve verjaagmiddelen (zoals het in het weiland lopen of een claxon v een tractor) ging. Maar ze zeiden dat afschot nodig was voor “populatiebeheer”. Noch de Faunabeheereenheid Zuid Holland (jagersclub) noch de provincie wisten hoeveel zwanen afgelopen jaar waren afgeschoten. De Faunabeheereenheid zei tussen de 5000 en 6000 zwanen, de provincie zei tussen de 1000 en 2000. De door Saskia op camera vast gelegde feiten tonen aan dat het werkelijke aantal afgeschoten zwanen een veelvoud hiervan is, waarop geen enkele controle door de provincie of politie is.